Prijs van vastgoed stijgt lichtjes in Oost-Vlaanderen

Wie in Oost-Vlaanderen een huis of appartement wil kopen, zal daarvoor weer ietsje meer moeten betalen. Dat blijkt uit een onderzoek van notaris.be. Het zijn vooral de appartementen die duurder worden. Daardoor daalt het aantal vastgoedtransacties. In onze provincie was dat bijna 6% minder dan vorig jaar. Opvallend, Oost-Vlaanderen telt wel het hoogste aantal kopers jonger dan 30 jaar. 

De eerste negen maanden van 2023 waren niet de drukste voor de vastgoedmarkt. Er werden overal in Vlaanderen ruim 5% minder transacties uitgevoerd dan in dezelfde periode vorig jaar. De prijzen zouden daar voor iets kunnen tussenzitten. We zien daar een lichte stijging, al valt dat voor de huizen best nog mee. Voor een gemiddeld huis betaal je nu bijna 322.000 euro. Dat is een stijging van ongeveer 1 pct. Een gemiddeld appartement kost je  267.848 euro, of een stijging van 2,9%. Traditioneel worden die Vlaamse cijfers ook vergeleken met die in de provincies. En daar scoort onze provincie nog tamelijk goed. We zitten bijna op dezelfde golflengte van Vlaanderen, een lichte stijging dus. Wat het wonen in de steden en gemeenten van onze provincie betreft kunnen we zien dat Sint-Martens-Latem veruit de duurste gemeente blijft om een huis te kopen, gemiddeld een dikke 810.000 euro. Daarna volgen De Pinte, Destelbergen, Lochristi en Melle. Als we da andere kant bekijken zien we dat je in Ronse het goedkoopst kan wonen. Daar tel je gemiddeld 216.000 euro neer voor een woning. In Zelzate, Eeklo, Maarkedal en Assenede kan je ook nog een goed betaalbare woning vinden. En dat is goed nieuws voor de mensen van onder de dertig. Zij vertegenwoordigen 32pct van de Oost-Vlaamse kopers.